Op 22 september vormde proeflokaal Brack het ideale podium voor een avond over het thema de spontane stad. Waar anders dan in het Havenkwartier kan daarover worden gesproken? Succesvolle bottom up initiatieven zoals Belcrum Beach, Pier 15, Electron, Stek, Podium Bloos en Brack zijn juist hier ontstaan of beter: zijn hier geïnitieerd. In dit ongepolijste industriële gebied vindt een langzame transformatie plaats, hier zien ondernemende mensen in de tussentijd nieuwe mogelijkheden en kansen. Mensen die gedreven worden door idealisme, doorzettingskracht, verbeelding en durf, mensen die iets wezenlijks aan de stad toevoegen. En dat buiten de gangbare top down plannenmakerij om.
Centrale vraag van Teun Gautier, lid van Stadsmakers Coöperatie en gespreksleider van de avond: geeft de overheid bottom up initiatieven wel voldoende ruimte? Na een verkenning van Luc Goderie van BLASt over Bredase initiatieven door de tijd heen, kwamen drie sprekers aan het woord, met elk een eigen benadering van het thema.
Michiel Stevens – Topolis: Evenementenpaviljoen Valkenberg
Bij Michiel Stevens van Winters Bouw en Ontwikkeling gaat het om een ultieme eenmalige krachtsinspanning van een groep gedreven ondernemers. Deze krachtsinspanning had als doel om in 2002 een evenementenpaviljoen als podium voor de stad te realiseren en te programmeren in het kader van het 750-jarig bestaan van de stad in Park Valkenberg. Hiervoor is Topolis, een stalen torenachtig paviljoen, gebouwd dat gedurende de festiviteiten voortdurend geprogrammeerd is geweest. Met alle inspanning en doorzettingskracht is de focus sterk op het teamwork en het gevecht met de regelgeving geweest en minder op het continueren van het initiatief. Topolis heeft een rol gespeeld om het ondernemerspotentieel en de dynamiek van de stad aan te wakkeren. Maar hoewel de nalatenschap van Topolis in de stad nog steeds zichtbaar is: de oprichting van bouwsociëteit Via Latus, oprichting Stadsgalerij, een permanent gedenkteken Valkenberg en een expo in de Grote Kerk, is de indruk toch dat het gaat om een eenmalig initiatief.
Tim van den Burg – Pionieren in het Havenkwartier
Begonnen met een reuze ballenbak aan de Tramsingel heeft Tim van den Burg het Havenkwartier zowat eigenhandig op de kaart gezet als broedplaats waar speelse bottom up initiatieven van de grond komen. Belcrum Beach, Stek, Bredase Bomen, Brack en ‘t Zoet volgden hierna. Anders dan een groep ondernemers is Tim eerder een eenling die met verbeelding, durf en het vermogen te enthousiasmeren en te verbinden degene die zijn stempel op deze plek heeft gedrukt. Hij beperkt zich niet tot een project, maar laat het initiatief zodra het goed werkt los en begint daarna met een volgende uitdaging. Continuïteit ontstaat door telkens weer opnieuw te beginnen vanuit de zekerheid dat het voorgaande blijft. Hij heeft de gemeente zo ver gekregen de regels te versoepelen en tegenkrachten te weerstaan om van deze plek een pioniersplek te maken. Durf van bestuurders en ambtenaren was hiervoor onmisbaar, maar helaas voor beperkte duur. De houdbaarheid van de initiatieven is op lange termijn onzeker, de top down planningsmachine is in aantocht. Daarmee raken deze initiatieven uiteindelijk toch weer in het defensief.
Floor Ziegler – Suikerfabriek Groningen
Dat is iets waar Floor Ziegler van de Stadmakers Coöperatie zich enorm druk over maakt, zij ziet het liefst dat de stad zich voortdurend doorontwikkelt met mensen die initiatieven ontplooien en daarvoor de ruimte krijgen, alles en iedereen spontaan! De werkwijze waarbij de stad wordt ontwikkeld door overheden en ontwikkelaars met een top down benadering is voor haar een gruwel, maar is ook verouderd. Zij wil niet helemaal af van de top down werkwijze, maar wel in balans met initiatieven van onderaf. Met een overheid die daarvoor ruimte geeft. Een andere manier om naar de stad te kijken is te vinden in Groningen waar op het terrein van de voormalige suikerfabriek een broedplaats met tachtig kunstenaars en kleine bedrijfjes is ontstaan in een coöperatieve werkvorm. Hier ligt de nadruk op een sterke samenwerking om initiatieven van de grond te tillen en te behouden. In groepsverband is er sprake van een stevige machtspositie tegenover de overheid en ontwikkelaars.
Discussie
In het gesprek over bottom up in Breda komt naar boven dat initiatieven en broedplaatsen te vaak eenmalig zijn of uiteindelijk stoppen, terwijl continuïteit geboden is. Het gaat niet alleen om tegenwerking door regels. Hoe kan bottom up dan de basis worden van hoe de stad werkt? Een belangrijke vraag is wat voor stad Breda eigenlijk wil zijn. Passen de initiatieven van bewoners niet gewoon binnen het thema van de Gastvrije Stad, dat naast de Groene- en de Grenzeloze stad de toekomst van Breda schetst? Een van de uitkomsten is dat er meer gedacht moet worden in termen van tijdelijkheid, zoals een Departement voor de Tijdelijkheid of een Minister voor de Tussenruimte die vanuit de zaal werden geopperd. Concreet werd het gesprek toen het over samenwerken ging tussen initiatiefnemers. Bijvoorbeeld met de uitwisseling van de appgroep voor Stadsmakers en met de toezegging een dergelijk gesprek te houden met de bouwers en het bedrijfsleven van de stad. In die zin is het aan initiatiefnemers om zich te organiseren om een sterke en herkenbare partij in de stad te zijn.